MAAK UW KEUZE
BESTEMMINGEN
Moeder en dochter op avontuur in Australië
Karien Guinee over een reis in Australië op 6 september 2013
Voor de vakantie tussen de lagere en middelbare school had ik het plan om met mijn 11-jarige dochter Nienke naar Australië te gaan. Op bezoek bij mijn ‘expat’ broer en zijn gezin en een nicht die daar al bijna dertig jaar woont. Broerlief woont in Perth en de nicht aan de andere kant van Australië, dus hoe zouden we die reis invullen?
Bouwstenen
Bij de NBBS vond ik al snel de bouwstenen die alle wensen mogelijk maakten. En een geduldige Joyce die mijn vele vragen wilde beantwoorden en uitzoeken. Omdat ik als enige volwassene verantwoordelijkheid droeg voor het avontuur met mijn dochter wilde ik niet al teveel onaangename verrassingen onderweg tegenkomen. Een half jaar van tevoren had ik de route al uitgestippeld en heeft Joyce de juiste vervoersmiddelen en hotelovernachtingen erbij voorgesteld. Met verder alle vrijheid onderweg om te doen en laten wat we wilden weg werd het een onvergetelijke ervaring.
Perth en Freemantle
Via een overstap, excursie en overnachting in Hongkong kwamen we aan in Perth, een gemoedelijke en groene stad aan de westkant van Australië. Een zonnig paradijs met een kust vol wandelaars op het land en surfers in het water, waar het in de winter ook nog rond de twintig graden is. Net onder Perth ligt het haast Engelse havenstadje Freemantle waar in het locale maritieme museum de wrakstukken van de Batavia zijn te bezichtigen. De rest van het museum is gewijd aan de historie van de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC). Het was één van onze eerste activiteiten in Australië, waar we er gelijk ook uit werden gepikt door een filmcrew die opnames maakte voor de Vietnamese televisie. Bizar om bijna zo ver te reizen om een zilveren rijksdaalder uit Noord-Holland als souvenir te kopen. Verder naar het zuiden ligt het wijnmekka Margaret River en Busselton (voor de triatleten onder ons) maar daar zijn wij verder niet geweest. Wij zijn naar het noorden afgereisd.
Batavia Coast
De honderden kilometers kust tussen Perth en Shark Bay staat bekend als The Batavia Coast en is genoemd naar het VOC-schip dat daar vijftig jaar geleden is ontdekt en opgedoken. De geschiedenis op het schip en vooral de muiterij van de bemanning onderling nadat ze gestrand waren, spreekt zo tot de verbeelding dat het in menig boek en zelfs een opera is opgetekend. Door een verraderlijke stroming zijn veel VOC-schepen voor de West Australische kust vastgelopen en vergaan bij de Houtman Abrolhos, een eilandengroep bestaande uit koraalriffen tachtig kilometer ten westen van Geraldton. De eilanden werden ontdekt door de Nederlandse schipper Frederik de Houtman en de naam klinkt verder als Spaans of Portugees voor ‘open de ogen’, maar ‘abrolhos’ betekende in die tijd ‘voetangel’ of ‘puntige obstakel’.
Langs de kust zijn diverse plekken waar de geschiedenis van de Batavia en de andere schepen herdacht worden met plaquettes of in een museum (Geraldton). Twee opvarenden van de Batavia zijn om de één of andere reden aan land gegaan. Van hen is daarna niets meer vernomen. Wel schijnt er een Aborigines volkstam te zijn die opvallend licht van huidskleur is, bij wie Nederlands DNA is gevonden en een specifieke bloedgroep die veelal in Leiden voorkomt. En dan te weten dat het schip van koopman Francisco Pelsaert daar in 1629 verging, bijna anderhalve eeuw voordat James Cook er een voet aan wal zette en Australië een Britse kolonie werd.
Weinig flora, veel fauna
De westkust van Australië is droog en dor. Er is weinig vegetatie maar er zijn wel bijzondere natuurverschijnselen zoals de stromatolieten, behorend tot de oudste fossielen, vlakbij Shark Bay. Ook The Pinnacles in Nambung National Park zijn het omrijden waard. Deze kalksteenformaties staan als trotse stalagmieten in een woestijn afhankelijk van zonlicht en wolken telkens van kleur veranderend. De eerste kennismaking met de zo typische Australische dieren maakte ook diepe indruk; de tamme kangaroos en hun kleinere soortgenoten wallabies in Caversham wildlife park deed ons nog niet vermoeden dat we er op onze verdere reis zoveel tegen zouden komen dat je ze bijna als huisdier zou beschouwen. In het wild blijven ze indrukwekkend. Evenals de tientallen dolfijnen die we vanaf de Coastal Cliffs in Kalbarri National Park ontdekten in de Indische oceaan. En een eenzame dugong (Indische zeekoe) bij Monkey Mia, de brutale emoes en al die prachtige vogels. Vooral die felgekleurde vogels bleven me een maand lang verbazen. Die kleuren het land zo subtiel vrolijk.
Snowy Mountains (ook letterlijk!)
Het grootste avontuur van onze reis was het bezoek aan mijn nicht in Cudgewa. Ik moest van Canberra aan de andere kant van de Snowy Mountains zien te komen. Aangezien het winter was en de Snowy Mountains vast niet voor niets naar die naam luisteren, zag ik van tevoren nogal wat beren op de weg. Maar beren zijn er niet in Australië, wist ik. Ik rekende op de vriendelijke en behulpzame Australiers die graag twee gestrande dames zouden willen helpen. Waar ik van tevoren geen rekening mee had gehouden was het feit dat ik geen sneeuwkettingen kon regelen via de autoverhuur. Die konden wel onderweg gehuurd worden maar moesten volgens de man achter de balie op dezelfde locatie teruggebracht worden. Ook was de auto niet verzekerd om dwars door het National Park te rijden, waardoor de reisopties beperkt bleven. Er bleef eigenlijk maar één route over om bij mijn nicht te komen. Gelukkig was die weg open voor verkeer.
Dirt road
Vanaf Cudgewa was er ook maar weer één manier om in één dag naar Lakes Entrances te komen en dat was via een zogenaamde ‘Dirt Road’. Een ongeasfalteerde weg waar er vele van bestaan in Australië. Als gevolg van zware regenval en slecht weer stond aan het begin van die weg dat een 4WD en sneeuwkettingen min of meer verplicht waren. Beide had ik niet, dus was het een gok om toch die route te kiezen. Er lagen veel bomen op het pad waar ik nog net langs kon rijden. Na een uur niemand gezien te hebben kwam ik eindelijk een tegenligger tegen. Toen ik hem zag dacht ik opgelucht; “als hij van die kant hier kan komen, kan ik ook verder”. De auto was zwart toen ik hem huurde maar na deze route onherkenbaar oranje, maar deze dames hebben de bewoonde wereld ongeschonden gehaald.
90 mile beach
Lakes Entrance is een stadje vergelijkbaar met Zandvoort of Knokke. In de zomer vast en zeker druk en levendig maar in de winter (wat dat was het nog steeds was toen wij er waren) een beetje troosteloos. Toen we er ’s avonds aan kwamen was ik een beetje teleurgesteld. De volgende ochtend ben ik een eindje gaan rennen. Via het bruggetje dwars door de duinen naar de dunne strook zand die ’90 mile beach’ heet. Ik werd begroet door dolfijnen in de baai en zag onderweg ook het restaurant dat door mijn familie was aanbevolen en dat ik de vorige avond niet kon vinden. Het was woensdag en ik zag dat er die dag een boottocht over de Lakes gedaan kon worden die mooi gecombineerd kon worden met een bezoek aan Buchan Caves. Zo werd mijn dag en ons verblijf in Lakes Entrance weer helemaal goed. Gedurende de dag ontmoetten we in drie groepen totaal 120 (vooral) dames die werkzaam waren bij Visitor Centres in Victoria. Zij bezochten een conferentie en hadden die dag hun excursiedag. We hebben voor de rest van onze trip door Victoria zoveel toeristische tips gekregen dat het wel een succes moest worden.
Little penguins and the Chocolate Factory
Na de Lakes ging onze route via Phillip Island richting Melbourne. Het weerbericht voorspelde een paar natte en koude laatste dagen dus daar moesten we rekening mee houden. Met het mooie weer wilden we op Phillip Island direct door naar The Penguin Parade. Dat is echt de moeite waard. Mini pinguïns die aan land proberen te komen om te broeden en te slapen maar zich eerst nog langs vreselijk brutale meeuwen een weg moeten banen is een waar schouwspel. Die meeuwen en de pinguïns zijn even groot, staren elkaar op gelijke hoogte in de ogen, maar de overmacht van de meeuwen is duidelijk. Alle pinguïns zijn toch toch veilig in hun slaapkamertjes aangekomen. Het bleek dat er toevallig die avond ook een moeder en kind walvis in de baai het ondiepe warme water opzochten. Ze zwommen vlak voor onze neus langs. De volgende dag zijn we kriskras over het eiland gereden. Van de koala’s naar de pelican feeding. Vervolgens naar de Chocolate Factory (echt een aanrader) en de honderden zeehonden bij The Nobbies.
The cottage van James Cook
Van dit eiland reden we naar Melbourne maar niet voordat we met ‘Puffing Billy’, een stoomtreintje waarbij je met je benen uit het raam mag hangen, heen en weer door . Tegen de tijd dat we in die stad aankwamen regende het zo hard en was het zo donker en grauw dat zowel TomTom als ik de weg niet meer konden vinden. We zijn drie keer een rondje over de spaghetti van wegen gereden om bij het hotel uit te komen. De volgende dag heb ik opgelucht de auto zonder krassen weer bij de verhuurder ingeleverd. Melbourne vond ik een moeilijke stad om doorheen te rijden. Wie naar rechts wil, moet links voorsorteren. Dat geeft een heleboel verwarring ook bij de Ozzies zelf. De laatste dag hebben we te voet maar vooral via de gratis City Circle genoten van de stad. We stapten uit die tram om in de Fitzroy Gardens een bezoekje te brengen aan Cook’s Cottage. Midden in het park staat de cottage waar de ‘ontdekker’ van Australië in Engeland was opgegroeid. Een rijke Australiër had gezien dat de cottage van James Cook te koop stond en heeft genoeg geboden en het huisje verscheept naar Melbourne. Ons hotel stond aan de andere kant van het centrum vlakbij Docklands, het havengebied dat leuk opgeknapt wordt.
Nieuw-Holland
We zijn precies een maand onderweg geweest en hebben in die tijd 4000 km op het continent afgelegd. Dat zijn op de kaart van Australië twee kleine streepjes. Het was een amuse en het smaakt naar meer. Ik wil zeker nog een keer terug om The Great Ocean Road te rijden, de kustroute aan de andere kant van Melbourne. Ook ben ik benieuwd naar het noorden van Australië. Of zou ik in een campertje de hele kust langs willen rijden, via de Batavia Coast naar Arnhem Land en dan helemaal rechtsom naar de kust tegenover het eiland dat Abel Tasman is genoemd. Rondom Australië om een idee te krijgen van de immensheid van het land. Het is niet zo verwonderlijk dat de Hollandse schippers in de 17e eeuw een paar keer aan land zijn geweest van Nieuw-Holland, maar naar zeggen niet door hadden dat het allemaal één en hetzelfde land was. Australië is groots en meeslepend!